woensdag 31 oktober 2012

MORGENMUZIEK



Het is ’s ochtends vroeg. Althans voor mij. In Malawi is 7.15 a.m. helemaal niet vroeg, maar ik ben nog geen uur wakker.
We zitten in de kapel van het ziekenhuis, die eigenlijk de wachtkamer van de polikliniek is, en al deels gevuld is met patiënten. Betonnen bankjes afgewerkt met planken. Als de dokter word ik geacht vooraan te komen zitten dus daar zit ik, op m’n vaste stek. Het is een half open ruimte met bakstenen muren. In de achtermuur is hier en daar een baksteen weggelaten bij wijze van raampje. Achter deze vierkantjes kraait een haan en lopen enkele vrouwen met bossen hout op hun hoofd.
De vaste dienst bestaat vandaag uit een half uur liedjes zingen, en wordt geleid door een medewerker van het ziekenhuis. Hij is een oude man, een agogo, met nog maar een paar tanden in zijn mond. In het ziekenhuis is hij werkzaam in de linnenkamer. Waar je hem later op de dag in een rafelig uniform tegenkomt, heeft hij ’s ochtends altijd zijn beste pak aan. Keurig met stropdas en al, moedigt hij de mensen in de lokale taal aan om te zingen en de dag vol energie te beginnen. Veel meer versta ik er ook niet van want daar houdt mijn Chichewa op. Vandaag zingen we eerst samen en daarna mogen er mensen voordragen.
Wat nerveus lachend komt er een groepje van 6 mensen naar voren. Een van hen draagt een gitaar om zijn nek. Hij is een clinical officer en ik stond gisteren nog met hem te opereren. Dan nog twee mensen van het management; de accounts assistent en ook de coördinatrice van het HIV/AIDS – programma zitten in het koortje. Verder de fysiotherapeut van het ziekenhuis en een student van ons nursing college, en tot slot één van de hospital attendants, een soort ziekenhuiscongiërge. De gitaarman slaat een akkoord aan en ieder pakt zijn eigen stem op. Dan beginnen ze een loepzuiver 6-stemmig lied. Het is eigenlijk niet erg dat ik niet weet waar het over gaat (het valt wel te raden want geregeld komt er een Yesu voorbij…), want zo komen de klanken nog beter over. Onwillekeurig trekt er kippenvel over m’n armen op deze al behoorlijk warme ochtend. Een betonnen hok, plotseling gevuld met zoveel sfeer. De vierkantjes in de muur met daarachter de Malawiaanse morgen en de Bougainville die prachtig paars bloeit. En heel dichtbij, in m’n eigen buik, instemmend geroffel en getrappel.
Ik kijk op naar het koortje en zie ze allemaal vrolijk lachend zingen. Het is zo’n mooi beeld, omdat het zo’n gelukkig beeld is. Laatst las ik een stuk van een 90-jarige wijsgeer die vertelde over de Soefi theorie uit India, volgens welke geluk enkel kan voortkomen uit drie dingen; liefde, schoonheid en harmonie. Naast dat dit hier wonderschoon is, is het ook zeker harmonieus, letterlijk en figuurlijk. Wat ook zo bijzonder is, bedenk ik me luisterend, is de samenstelling van het koor. De prominente rol van de basstem van de ziekenhuisconciërge in het koor is prachtig. Het doet er niet toe dat het zijn werk is om tijdens vergaderingen Fantaflesjes open te maken. Hier leidt hij de managers.
Dat dat hier kan verwondert me en maakt me blij. In Nederland moeten we eerst Hasselbramen eten voordat de burgemeester een dansje maakt met de bakkersvrouw (cf. Pluk van de Petteflet). De Malawianen zien elkaar, zonder oordeel, als een compleet en gelijkwaardig medemens.
Zo zingen ze lachend enkele liedjes, totdat de hele kapel zachtjes meeneuriet of zingt. Wat een geweldige manier om je dag te beginnen.
Eef.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten